Bij een omgevingsvisie is een uitvoeringsparagraaf niet verplicht. Dit is wel het geval bij een structuurvisie op grond van de Wet ruimtelijke ordening. Een uitvoeringsparagraaf kan ook bij een omgevingsvisie inzicht geven in hoe we de ambities van de omgevingsvisie waar maken. 

Voor iedere ambitie zijn er concrete projecten. We maken onderscheid tussen projecten die we op korte en lange termijn realiseren. Met ‘korte termijn’ bedoelen we een periode van twee jaar. Het schrijven van beleid als ‘Maatregel/project’ is op die termijn wel haalbaar. Het uitvoeren ervan kan wel meer tijd innemen. Ook omdat de financiële middelen niet altijd op korte termijn beschikbaar zijn.

Concrete maatregelen en projecten

In een tabel hebben we voor iedere ambitie opgenomen aan welke concrete maatregelen en projecten we werken om de ambities van deze omgevingsvisie te behalen. Daarnaast hebben we op de kaart een aantal markers opgenomen.  Deze gemarkeerde projecten dragen ook bij aan het behalen van de verschillende ambities.

Aanvullingswet Grondeigendom

Wanneer de Omgevingswet in werking treedt, is ook de Aanvullingswet Grondeigendom geldig. Hierin staan de verschillende instrumenten op het gebied van grondbeleid. Namelijk voorkeursrecht, onteigening, landinrichting, kavelruil in het landelijk gebied en stedelijke kavelruil. Deze instrumenten zijn op dit moment nog in verschillende wetten geregeld. In deze Aanvullingswet staat ook een bepalingen over kostenverhaal.

De gemeente Zwartewaterland wil een kleine, wendbare overheid zijn die regisseur is voor marktontwikkelingen. In plaats van een overheid die de koers voor de samenleving bepaalt. Hiermee sluit de gemeente aan bij de uitgangspunten van de nieuwe Omgevingswet. Daarbij past geen ‘blauwdruk-grondbeleid’ waarin staat hoe wij ons grondbeleid gaan uitvoeren. Flexibel grondbeleid, situationeel grondbeleid genoemd, is nodig. We verwachten dan ook dat we de instrumenten uit de Aanvullingswet Grondeigendom terughoudend zullen inzetten
 

Heeft u gevonden wat u zocht?